Begin juli ging ik naar Gent voor een interview over e-inclusie. Dat is een thema met heel veel aspecten. Gelukkig was er ruimte om het over toegankelijkheid te hebben.
Digitalisering biedt enorme kansen voor mensen met een handicap; daarom is digitale toegankelijkheid een essentiële voorwaarde om van e-inclusie te kunnen spreken!
Het interview is nu gepubliceerd op de website van e-inclusie. Heel dynamisch is het filmpje helaas niet geworden. Ze hadden wat mij betreft ook wel wat meer mogen knippen.
Het was een mooie gelegenheid om nog eens aan de slag te gaan met het ondertitelen in Youtube. De beste methode is:
- Download het bestand met de automatisch gegenereerde ondertitels
- Verwijder alle tijdcodes en corrigeer de tekst zodat hij overeenkomt met de gesproken tekst
- Upload het bestand en laat Youtube opnieuw de synchronisatie uitvoeren
- Meer details in het artikel YouTube maakt ondertitelen gemakkelijker
Hier volgt de tekstversie die bij het filmpje hoort:
Wij focussen ons bij AnySurfer op de doelgroep mensen met een handicap. Ik ben zelf ook blind. Inclusie betekent dat je gewoon kan meedoen met alles: alle leuke dingen en alle minder leuke dingen in de maatschappij.
De maatschappij wordt digitaler, dus e-inclusie is cruciaal. Er zijn zaken die we binnenkort verplicht gaan moeten doen op digitale manier. Mensen met een handicap zijn doorgaans ook heel geïnteresseerd in technologie en digitalisering omdat het hen heel veel helpt om zelfstandiger te zijn. Maar dan is wel de voorwaarde dat, bij het ontwikkelen van die digitale toepassingen, dat er rekening wordt gehouden met toegankelijkheid. Dat men niet vergeet dat er mensen zijn die op een andere manier hun computer, tablet of smartphone hanteren om inclusief te zijn.
Het helpt enorm als je toegankelijkheid (dus bruikbaarheid voor iedereen) meeneemt bij het ontwerp van je toepassing, je website, je software, je applicatie. Als je het achteraf doet, dan kan het ook, maar is het vaak veel meer werk. En minder leuk werk! Dat is eigenlijk een negatieve benadering. Je gaat iets bouwen en je krijgt commentaar “ik vind het jammer dat ik deze toepassing niet of niet makkelijk kan gebruiken. Kan je daar iets aan doen?” Dat is dus een negatief verhaal.
Je kan dat voorkomen door, tijdens de ontwikkeling, tijdens het ontwerp, tijdens de bouw, al aan toegankelijkheid te denken. Voor jezelf is het interessant dat je meer mensen bereikt met je product. Dat je die negatieve feedback achteraf vermijdt. Dat je ook veel aanpassingskosten achteraf vermijdt. Er is een uitspraak van iemand die zegt: “Toegankelijkheid is niet de kers op de taart” (die voeg je achteraf toe; dat is het dus niet) “Toegankelijkheid zijn eigenlijk de eieren van de taart/van de cake” Als je eieren niet in het begin toevoegt, maar achteraf erover gooit, dan wordt het heel moeilijk om daarmee nog een lekkere cake te maken. En zo is het eigenlijk ook met digitale toegankelijkheid. Als je het van bij de start mee opneemt dan is het eenvoudiger, goedkoper en aangenamer, zowel voor de bouwer als voor degenen die het zal gebruiken.
Ik ben Bart Simons. Ik werk voor AnySurfer. Dat is een Belgisch project dat toegankelijkheid van alles wat digitaal is, onder de aandacht brengt van iedereen die het horen wil: van ontwerpers tot ontwikkelaars, tot programmeurs van digitale toepassingen. We vinden het belangrijk dat toegankelijkheid zo vroeg mogelijk bekend is bij deze doelgroep. We beginnen eigenlijk al met opleiding: in het onderwijs proberen we een gastcollege te geven en proberen we de docenten de kennis mee te geven dat een product, website of applicatie Door verschillende mensen zal worden gebruikt, dat mensen daarvoor soms over bepaalde hulpmiddelen beschikken en hoe je daar als ontwikkelaar rekening mee kan houden. Want als het niet in de opleiding zit, dan is het heel moeilijk om mensen achteraf nog die kennis bij te brengen. Dat is een eerste stap. Wat we bij AnySurfer doen, is proberen zo goed mogelijk samen te werken met hogescholen en universiteiten die mensen opleiden tot ontwikkelaars.
Een tweede doelgroep waar we mee werken, zijn de developers zelf En de bedrijven die websites of apps ontwikkelen. Als zij de kennis hebben en de ervaring om een toegankelijke website of een toegankelijke app te bouwen, dan hebben ze minder technisch advies nodig. Dan kan alles ook vlotter verlopen. Uiteindelijk hopen we als toegankelijkheidsproject op de heel lange termijn overbodig te zijn. Als de kennis voldoende verspreid is bij de technische partners en ook bij de mensen die het ontwerp van de applicaties en de websites doen.
Dat lukt natuurlijk niet altijd en er zijn websites en apps die uiteindelijk worden gebouwd door iemand die misschien niet de opleiding heeft gehad of iemand die in zijn bedrijf nog niet de ervaring heeft. Dat is niet erg, dat is ook geen kwestie van slechte wil maar ook die mensen willen of krijgen soms de opdracht om een toegankelijke site te bouwen. Dus daar wil AnySurfer uiteraard ook heel graag bij helpen. Ook liefst tijdens de ontwikkeling; niet achteraf.
We kijken dan mee naar de templates of zelfs al naar de grafisch ontwerpen. Dan kunnen we al wijzen op iets waar je misschien op moet letten, zoals contrast. Of we zien dat er een zoekformulier is maar de zoekknop lijkt er niet te zijn. Of heb je eraan gedacht dat je hamburger-icoon op je responsive website dat daar een duidelijke tekst aan gekoppeld is, en zo verder. We kunnen tijdens de bouw al heel veel begeleiden en problemen voorkomen zodat, bij het opleveren van de website of de app, er eigenlijk geen of nauwelijks nog toegankelijkheidsproblemen in zitten en dat mensen een goede ervaring hebben op de website of met de app of ze nu wel of geen handicap hebben.
Dus, samengevat Doen we vooral aan sensibilisering van studenten, van docenten, van bedrijven. We geven ook opleiding zodat iedereen op zijn niveau de kennis kan verzamelen. Het kan gaan over toegankelijkheid van Word-documenten. Het kan gaan over een redacteursopleiding: van ik maak geen technische inhoud van de website, ik maak geen formulieren of applicaties maar ik schrijf wel teksten die ik elke dag in de website zet. Er zijn dan een aantal zaken die je helpen om die teksten dan zo toegankelijk mogelijk op die website te zetten. Dus dat kan ook een module zijn.
We zitten in het onderdeel “Basisreflex”. Ik denk dat iedereen die iets ontwikkelt graag heeft dat zoveel mogelijk mensen er gebruik van kunnen maken. Als ik een bibliotheek ben, en ik maak een nieuw uitleensysteem voor mensen om materialen te ontlenen, dan willen we eigenlijk dat iedereen dat gebruikt. Het is vaak een digitaal systeem. Om dat te kunnen doen is het belangrijk dat we de toegankelijkheid van bij de start van het project meenemen. Of als we een bestaand product aankopen, moeten we bij de selectie van de leverancier toegankelijkheid als 1 van de criteria opnemen bij de aankoop of de beslissing om voor een bepaald product te gaan kiezen. Heb je die basisreflex van toegankelijkheid niet, dan hebben we het verhaal van daarstraks dat je achteraf gaat moeten aanpassingen doen wat vaak heel lastig zal zijn. Zeker als het een product is dat niet ontwikkeld is voor toegankelijkheid. Dan ga je dus heel veel reacties krijgen van mensen: “je hebt hier een mooi nieuw systeem gebouwd, maar ja, ik ben wat ouder, ik zie niet zo goed op dat scherm. Kan je die knoppen niet wat groter maken?” Als je dat van bij het begin had geweten, dan was het geen probleem. Maar nu ga je terug moeten gaan naar de designer. Die gaat andere knoppen maken, maar dan past het niet meer op je scherm. Je lay-out gaat moeten veranderen en zo voort. Dat is dus een heel negatieve aanpak. Als je wil dat iedereen je website, applicatie of toepassing zal kunnen gebruiken, is het echt belangrijk om van bij het begin met die diversiteit rekening te houden. Even informeren wie zijn mijn doelgroep?
Het wordt vaak vergeten dat ook mensen die wat ouder zijn en mensen die een handicap hebben, ook de mogelijkheid hebben om met computers te werken, met tablets en met smartphones. Zij hebben ook heel vaak extra motivatie om dat te doen. Ik ben nu blind, en wat voor mij het meest ontoegankelijk is, is een formulier dat ik op papier moet invullen En dat is niet alleen voor mij het geval. Er zijn ook mensen die omwille van een andere handicap niet met de hand kunnen schrijven. Dat is ook een toegankelijkheidsprobleem met een papieren formulier. Er is eigenlijk geen manier om een papieren formulier toegankelijk te maken voor blinden of mensen met de motorische beperking. De enige oplossing is dat je er iemand naast zet die jou helpt om de zaken in jouw plaats in te vullen. Maar dat is juist niet wat inclusie is. Inclusie is nu net dat we het zelf willen kunnen doen op een haalbare manier.
En daarvoor is de digitalisering een fantastische stap! Want een papieren formulier was dus niet toegankelijk maar als we datzelfde formulier op de website zouden zetten en we hebben aan toegankelijkheid gedacht, dan hebben we inclusie! Dan kan ik als gebruiker nog steeds kiezen voor het papieren formulier (er zullen altijd mensen zijn die dat liever hebben) maar de mensen voor wie het papieren formulier niet bruikbaar was, hebben nu de keuze om het online te gaan invullen, met de hulpmiddelen en de kennis die ze daarvoor te beschikking hebben.
Digitalisering biedt enorme kansen voor mensen met een handicap; daarom is digitale toegankelijkheid een essentiële voorwaarde om van e-inclusie te kunnen spreken!